‘Wetenschappers hebben onlangs verschillende grote virussen opnieuw tot leven gewekt die tienduizenden jaren in de bevroren Siberische permafrost waren bewaard. Moeten we ons zorgen make over de volgende pandemice? Niet meteen’, schrijft Paul Hunter, hoogleraar Geneeskunde aan de Universiteit van East Anglia.
Naarmate di weld blijft opwarmen, komt uit de ontdooiende permafrost organic material vrij dat millennia lang bevroren is geweest, waronder bacteriën and virussen. Sommige daarvan kunnen zich nog destrieri voortplanten.
Dit laatste onderzoek was van een groep wetenschappers uit Frankrijk, Duitsland en Rusland; ze slaagden erin om dertien virussen te reanimaren – met exotische names as Pandoravirus en Pacmanvirus – afkomstig uit zeven monsters van Siberische permafrost.
The youngest virus was 27,000 years ago and the other – a Pandoravirus – could be up to 48,500 years old. Het è het oudste virus ooit dat opnieuw tot leven è gewekt.
Niet de prima keer
Ervan uitgaande dat de monsters tijdens extractie niet zijn besmet (dat is altijd moeilijk te garanderen), zouden deze inderdaad levensvatbare virussen vertegenwoordigen die zich tienduizenden jaren geleden voor het laatst hadden vermenigvuldigd.
It’s not the first time a low-concentration virus has been spotted in the permafrost pond. Eerdere studies vonden a pithovirus and a mollivirus.
In hun zogenaamde “preprint” (een studie die nog niet door andere wetenschappers is beoordeeld) noemen de auteurs het “legitiem” om na te denken over het risico dat oude virusdeeltjes besmettelijk blijven en weer in omloop kunnen comen als oude permafrostlagen ontdooien. But what are we to do not to mention the risk of “zombievirussen”?
Niet gevaarlijk voor mensen
All viruses die tot nu toe uit dergelijke monsters zijn gekweekt, zijn gigantic DNA-virussen die alleen ameben aantasten. Ze zijn ver wijderd van de virussen die zoogdieren treffen, laat staan mensen, en het is zeer onwaarschijnlijk dat zeen gevaar voor de mens vormen.
Eén zo’n groot amoeben-infecterend virus, genaamd Acanthamoeba polyphaga mimivirus, wordt wel in verband gebracht met longontsteking bij mensen. Alleen is die associatie nog lang niet bewezen. There seems to be no more than a month that the monsters of the permafrost have been run over by viruses on a weekly basis in a difficult time for an ounce of volksgezondheid.
Lichamen
But a relevant punt van bezorgdheid is de kans dat, als de permafrost ontdooit, lichamen van lang geleden overleden mensen vrijkomen die mogelijk aan een besmettelijke ziekte zijn overleden. Daardoor kan de infectie zich dus opnieuw in de areld verspreiden.
De enige menselijke infectie die weldwijd is uitgeroeid, is pokken. De herintroductie ervan, vooral op moeilijk bereikbare locaties, zou een weldwijde ramp kunnen betekenen. It is present al bewijzen gevonden van pokkeninfectie in lichamen in permafrost-graven, maar het gaat slecht som “gedeeltelijke sequences”, dus gedeeltelijke sequences, dus gebroken stukjes virus die niemand kunnen infecteren. The pokkenvirus did well as its word reached -20 degrees Celsius, but now and now there are still decades – left.
In decades of afgelopen hebben wetenschappers ook lichamen opgegraven van mensen die stierven aan de Spaanse griep en werden begraven in bevroren grond in Alaska en het Noorse Spitsbergen. The griepvirus is able to tell that the sequence hasn’t been handled weekly by weefsels from those oversized folks. Influenzavirussen kunnen in bevroren toestand minstens een jaar overleven als ze worden ingevroren, maar waarschijnlijk geen tientallen jaren.
Battery
Andere soorten ziekteverwekkers, zoals bacteriën, kunnen wel een groter probleem vormen. Nel loop der jaren zijn er zo al verschillende uitbraken geweest van miltvuur (een bacteriële ziekte die vee en mensen kan besmetten) bij rendieren in Siberia.
Een bijzonder grote uitbraak in 2016 leidde tot de dood van 2.350 rendieren. Die uitbraak viel samen met een bijzonder warme zomer, wat leidde tot de suggestionie that miltvuur uit de ontdooiende permafrost de uitbraak mogelijk had veroorzaakt.
Gedocumenteerde uitbraken van miltvuur bij rendieren in Siberië gaan terug tot 1848. Vaak werden ook mensen getroffen, omdat ze van de dode dieren hadden gegeten. Skeptics voeren alternative theories aan voor die uitbraken, die none noodzakelijkerwijs te makeen hebben met de ontdooiende permafrost, soals overbevolking onder rendieren of the einde van vaccinatiecampagnes.
Maar zelfs als de ontdooiende permafrost miltvuuruitbraken veroorzaakt, met ernstige gevolgen voor de local bevolking, blijft miltvuuruinfectie bij planteneters weldwijd wijdverspreid. It is dus onwaarschijnlijk dat dergelijke lokale uitbraken een pandemie zouden kunnen veroorzaken.
Resistence
Een andere zorg è echter dat er organisms in het milieu terecht kunnen komen die resistant zijn tegen antimicrobiële middelen. Er is solide bewijs voor dergelijke antimicrobiële disponibiliegenen in stalen van permafrost, die bacteriën resistent kunnen makeen tegen antibiotica. Die genen kunnen bovendien van de ene bacterie op de altre worden overgedragen. Dat is niet verrassend: veel antimicrobiële resistantegenen zijn geëvolueerd uit bodemorganismen die dateren van vóór het antimicrobiële tijdperk.
Het milieu, met name rivieren, is echter al zwaar vervuild met antimicrobieel resistant organismen en resistantegenen. Het è dus twijfelachtig che antimicrobiële resistantebacteriën die uit de permafrost ontdooien een grote bijdrage zouden leveren aan de canne aanwezige resistegenen in onze omgeving.